‘Wat zit er in uw eten’ bevat veel fouten

Door uitgever Bouillon is het boekje Wat zit er in uw eten van Corinne Gouget uitgegeven. Dat is dat bekende zwarte boekje met rode en witte letters. In dit boekje staan veel fouten. Jammer, als je zo’n boekje maakt, doe het dan goed. Voor diegene die het boekje hebben is het boekje (onterecht) leidend. Print deze pagina van mijn blog uit en stop deze in je boekje. Zodat je voortaan de juiste informatie bij je hebt.

Onderstaande tekst is geschreven door Henny de Lint

Henny de Lint, diëtiste en natuurvoedingsdeskundige o.a. werkzaam bij Natudis en docent heeft dit uitgezocht en onderstaande tekst geschreven. Ik publiceer deze tekst met haar toestemming.

 

 

Het boekje geeft veel verwarring en roept vragen op

In de wintereditie 2007 van het blad Smaakmakend wordt dit boekje over E-nummers behoorlijk gepromoot: een must voor de bewuste consument! Maar dat is het zeker niet! Wij (bedoeld wordt Natudis, aanvulling Liesbeth Oerlemans) hebben het boekje aangeboden gekregen en bewust NIET opgenomen. De inhoud bevat namelijk erg veel fouten m.n. onze natuurlijke additieven (E-nummers) krijgen in dit boekje regelmatig ‘rood’ wat betekent niet gebruiken of ‘oranje’ = additief waarover tegenstrijdige wetenschappelijke analyses bestaan, dus oppassen en vrouwen die zwanger willen worden of al zijn moeten deze vermijden. Groen betekent tot op heden onschuldig.

Dit boekje van uitgeverij Bouillon heeft voor erg veel verwarring gezorgd en veel vragen opgeroepen bij zowel consumenten als winkeliers. Wij worden er nog bijna dagelijks mee geconfronteerd. Consumenten kopen het boekje in de natuurvoedingswinkel en komen een tijdje later met verschillende producten terug want er zitten ‘giftige’stoffen in. Natuurlijk hebben we onze bevindingen doorgegeven aan de redactie van het boekje, maar tot nu toe zonder bevredigende antwoorden. De reactie van de uitgeverij was: “Het is puur vertaald uit het Frans en de uitgeverij is zelf niet deskundig”.

Wat is onjuist

Een aantal voorbeelden van natuurlijke stoffen in rood en oranje
Rood: benzoëzuur (komt in veel vruchten voor), nitraat (komt in veel groenten voor), gelatine, cellulose (= voedingsvezel van onder andere granen), mono- en diglyceriden uit spijsvetten (vetten in onze voeding zijn meestal triglyceriden, maar in ons maagdarmkanaal worden daar di- en monoglyceriden van gemaakt), zoutzuur (klinkt erg maar het is een belangrijk onderdeel van ons maagsap), glutaminezuur (van ons voedseleiwit is 20% glutaminezuur), xylitol (natuurlijk zoetmiddel met tandvriendelijke eigenschappen)
Oranje: caramel (gebrande suiker), caroteen (pro-vitamine A, o.a. in wortels), lycopeen (carotenoïde uit tomaten), azijnzuur, melkzuur, propionzuur, appelzuur, ascorbinezuur = vitamine C, fosforzuur, agar-agar, carrageen (zit in zeewier), johannesbroodpitmeel, guarpitmeel, arabische gom, xanthaangom, glycerol (natuurlijk onderdeel van alle vetten). Stoffen, die in veel biologische natuurvoedingsproducten van nature voorkomen, erin verwerkt zijn of zelfs los verkocht worden!

E621 smaakversterker

Extra hoofdstukken gaan over de ‘giftigheid’ van aspartaam en mononatriumglutamaat (E621, ve-tsin, smaakversterker). In het deel over E621 staat letterlijk: “De volgende namen verbergen altijd E621: plantaardige gehydrogeneerde (is geharde) oliën en vetten, gelatine, toegevoegde gist, gistextract en sommige maïsoliën. Namen die bedoeld zijn om E621 te verbergen zijn: moutextracten, bouillons, natuurlijke aroma’s, eiwitten uit tarwe, maltodextrine, sojasaus, gefermenteerde producten, citroenzuur, maïssiroop, caramel.” Dit stuk over E621 klopt echt niet en vooral de verwarring met gist is groot!

Wat is gist

Gisten komen overal voor in de natuur, vooral op planten en vruchten komen vele soorten voor. Fruit dat op de grond valt, bederft dan ook vaak door gisten, waarbij ook alcohol ontstaat. Zo komen nog wel eens dronken dieren in het nieuws, die teveel gegiste vruchten hebben gegeten! Gistsoorten worden al eeuwen gebruikt bij de bereiding van bier en het rijzen van brood. Gist is een levend, eencellig micro-organisme. De cellen zijn erg klein, 1 gram bakkersgist bevat ongeveer 10 miljard cellen! Er bestaan verschillende soorten gist, elk met hun eigen genetische informatie en karakteristieken. In het laboratorium wordt de zuivere gistcultuur geënt in een steriel en gunstig groeimedium. De grondstof waar de gist op groeit is melasse (het mineraalrijke bijproduct van riet- of bietsuiker). Gisten hebben suikers nodig om te groeien. Uit suiker maken ze alcohol en koolzuurgas (de term vergisten komt hier vandaan), en dat zijn dan ook de belangrijkste eigenschappen van gisten voor levensmiddelen. Ook maken ze aangename geur- en smaakstoffen, die belangrijk zijn voor het eindproduct. Na voldoende groei komt de cultuur in de productieafdeling waar zij stelselmatig wordt doorgeënt in steeds grotere volumes (in steriele tanks tot 100.000 liter). De vorming van nieuwe gistcellen kan alleen gebeuren bij het doorborrelen van massa’s steriele zuurstof door de melasseoplossing. Dit fermentatieproces wordt minutieus gestuurd door controle van computers, temperatuur, pH, lucht- en melasse-toevoer. Na de fermentatie wordt de gist centrifugaal afgescheiden van het wort en onmiddellijk gekoeld. Deze ‘gistcrème’ wordt opgeslagen in gekoelde buffertanks. Om gist langer houdbaar te maken wordt de gist vaak gedroogd. Dit droogproces wordt zo gestuurd dat de gist zijn hoge activiteit behoudt en snel weer vocht opneemt bij het mengen met meel en water. De hoeveelheid van 10 gram heeft dezelfde werking als ongeveer 30 gram verse gist.

Wat is gistextract

Gist bestaat in gedroogde vorm voor de helft uit eiwit. Via een speciaal procédé kan uit verse gist een product worden gemaakt met een bouillonsmaak. Hiervoor kan gist worden gebruikt dat overblijft bij de bierbereiding of gekweekte gist. In de cellen van verse gist zitten enzymen, die de gisteiwitten kunnen afbreken tot aminozuren. Eerst wordt de wand van de gistcellen vernietigd. Hierdoor komen de enzymen en eiwitten vrij en begint het natuurlijke afbraakproces van de eiwitten in aminozuren. Dit proces wordt autolyse genoemd.

Consumenten zullen met dit boekje onterecht veel (biologische) producten uit de natuurvoedingswinkel niet meer aanschaffen en dat is toch niet wat wij willen.